Lemuren
Dit huis krijgt een nieuwe kaft. Of het hele boek wordt vervangen … niets houdt de vooruitgang tegen. Want met vooruitgang valt veel te verdienen. Vooral geld. En daar kan je je verlangen naar kunst mee bevredigen, in de directiekamer. Het oude kan weg via achter.
Mijn realiteit kijkt daartegenaan, met argusogen.
Argwanend ook ziet het verleden ons. Ik kom Vincent Hunink tegen: “… een soort demonen: de menselijke ziel die de levensdienst vervuld heeft en afstand doet van het lichaam. In het oud-Latijnse taalgebruik … de term Lemuris. Tot deze Lemuren behoort ook degene die de zorg gekregen heeft voor zijn nabestaanden, en met bedaarde, vreedzame macht het huis beheerst … Wie vanwege verkeerd gedrag in het leven juist geen vaste plek heeft, maar rondzwerft en als het ware met ballingschap is gestraft, -- een onschuldig spookbeeld voor de goeden, maar voor de kwaden een gesel …” Ze staren me aan, vanaf 1 hoog, de dichtgetimmerde deur, vanachter de vitrage. De toeschouwer probeert door de muur heen te kijken, de foto geeft niets terug.
Wat zegt de foto, de gevel. Wat ademt het huis uit?
Nederland kent zijn façaden. Belgen kunnen het beter, laat Van Fleteren zien. In Nederland is vergane glorie om af te breken, in België een deel van de cultuur. We missen hier iets - gebrek aan herbeleving?
De Nederlandse jacht op hergebruik is net te groot. Je verwacht sporen … maar de zaak is al vervangen. Nauwelijks vergeten objecten. De Markthallen … een project dat de koopmansgeest achter de beleving van het volk plaatst. Dat is mooi, het kan ook hand in hand …
Genoeg oud materiaal in deze buurt, doorleefde muren
Sporen van vergane glorie
Ik denk aan de omgeving, wanneer M de foto neemt. Nu ik ’m terugzie, besef ik dat hij waarschijnlijk het verschil in beleven, in leven zag, recht voor hem.
Rechts, voor de kijker - voor de bewoner links - ze zwaaien!